Het dorp dat wachtte tot we zouden vertrekken

Het gebeurde plotseling. Binnen 36 uur hadden we onze spullen ingepakt en startten we de auto. Duizend mijl aan woestijnwegen strekten zich voor ons uit.

“We proberen om volgende week terug te zijn,” zeiden we tegen onze buren in het moslimdorp. Tegelijkertijd vroegen we ons af of we echt mogelijk was om zo snel terug te keren, met zoveel onzekerheid in de wereld. Voor velen van ons heeft het coronavirus een harde realiteit laten zien: we hebben nooit de controle gehad.

Twee dagen eerder, met de toename van de angst over de verspreiding van de pandemie besloot één van onze teamgenoten om het land te verlaten met een evacuatievlucht. Maar eerst moest ze naar de hoofdstad gaan, op twee dagen reisafstand van ons afgelegen dorp. Openbaar vervoer was al verboden, dus we moesten haar er zelf naartoe rijden.

Met een afsluiting en strikte reisbeperkingen in het vooruitzicht wilde ons gezin niet het risico nemen om gescheiden te raken. Dus we hebben zonder veel omhaal onze auto ingeladen en onze kinderen en teamgenoot meegenomen, ondertussen biddend dat we zonder problemen zouden terugkomen. Prijs de Heer, de heen- en terugreis verliepen probleemloos. Alles verliep gladjes, afgezien van de weg natuurlijk. 

Een verraste gemeenschap

Maar bij onze terugkeer thuis ontdekten we iets onverwachts: onze buren waren buitengewoon verrast om ons te zien. De vrouw van één van mijn moslimvrienden gaf toe dat de hele gemeenschap het erover eens was dat we niet zouden terugkomen.

“We dachten allemaal dat jullie weg waren,” zeiden ze.

Andere vrienden zeiden het op deze manier: ”Dat doen jullie mensen. Jullie komen, jullie blijven een tijdje en dan gaan jullie weer.”

Onze vrienden hadden aangenomen dat we zeker zouden vertrekken wanneer de dingen moeilijk zouden worden. Het is een aanname die belemmert om ons te vertrouwen. We vragen ons af hoeveel van hen afstand hebben gehouden in hun relatie met ons, in afwachting van ons vertrek.

Wij hadden geluk dat we in de gelegenheid waren om terug te keren naar ons dorp. We hadden ook met omstandigheden te maken kunnen hebben waardoor dit niet mogelijk zou zijn.

Het was zelfs zo dat de meeste zendelingen in de regio moesten vertrekken vanwege de pandemie. Sommigen van hen waren al van plan om te vertrekken. Anderen werden gedwongen deze beslissing te nemen vanwege medische zorgen, beleid van organisaties of reisrestricties.

Een voorrecht om te blijven

De vriendelijkheid van God heeft ons in staat gesteld om te blijven en we zien dit als een voorrecht en als genade. We voelen ons geïsoleerd, vooral nu alle reizen zijn verboden; wat betekent dat we hier vast zitten.

Maar we zijn hoopvol dat onze mogelijkheid om in deze buitengewone periode te blijven onze relaties zal verdiepen en onze geloofwaardigheid zal vergroten. Zo lang als we in staat zijn om hier te blijven, zullen we elke dag laten tellen voor Christus.

Laat het werk van de Heilige Geest langzaam de lagen van achterdocht en scepticisme verwijderen en zo harten onthullen die voorbereid zijn voor het Goede Nieuws.

  • Vraag God om Frontiers-werkers te zegenen als ze verder gaan met het dienen op het veld in tijden van instabiliteit en onzekerheid.
  • Bid voor werkers die het veld hebben moeten verlaten onder diverse omstandigheden en vraag God om hen hoop, visie en doelgerichtheid te geven.
  • Bid dat moslims naar het Goede Nieuws worden getrokken als ze de trouwe volharding en standvastige hoop zien in de levens van de volgelingen van Christus.

Geef

Dank God voor de vele Frontiers-werkers die ondanks de onzekerheid blijven dienen op het veld. Ook zenden we ondanks de pandemie nog steeds mensen uit. Ons werk wordt mogelijk gemaakt door giften. Help ons meer mensen uit te zenden door te doneren