Laat de vlam weer branden

Mijn vader maakte me vlak na middernacht wakker. Hij gebaarde naar me dat ik de anderen niet moest wakker maken. Hij gaf me mijn schoenen aan. Het vuur brandde zachtjes en gaf een flikkerend licht op de slapende gezichten van mijn familie en vrienden. 

We, mijn vader en ik, liepen tussen  tussen de dennenbomen omhoog. Nu konden naar beneden kijken en de zachte gloed zien van honderd kampvuren. Hij nam me mee naar de rand van de heuvel. Hij had mij de dag ervoor zien praten met mijn vrienden, terwijl we wezen naar deze heuvel en droomden van nieuwe avonturen in onbekende plaatsen.

Terwijl we richting de top klommen, zei mijn vader:

“Jij wordt getrokken naar de plaatsen waar geen kampvuren zijn. Sommigen zullen je willen hinderen om daar heen te gaan, omdat er veel noden dichtbij huis zijn. Ze zijn vergeten hoe onze eigen vuren ooit zijn begonnen. Maar hier zijn we, op de top.”

Mensen in het duister

Hij ging zitten en gebaarde mij om hetzelfde te doen. Vanaf hier konden we naar de andere kant van de bergkam kijken. Dat betekende dat we niets konden zien. Ik wachtte tot mijn ogen waren gewend, maar de duisternis leek haast tastbaar, als een pot verf, een oceaan van inkt. Ik weet niet hoe lang we keken.

“Laat je niet voor de gek houden. Er zijn daar mensen,” zei mijn vader.

Ergens beneden hoorde ik een geluid dat ik niet kan beschrijven. Als je de zorgen van de verlorenen op een afstand kunt horen, dan zou het zo klinken. Ik voelde een droefheid waar geen woorden voor zijn. 

“Zoals zij, waren wij ook ooit,” zei mijn vader. “We zijn ze alweer vergeten, maar ooit kwamen er ook vuurmakers naar ons toen wij nog in het duister liepen.”

De opdracht

“Kunnen ze naar ons komen en delen in onze warmte en licht?” vroeg ik.

“Ze zijn natuurlijk welkom,” antwoordde hij. “ Maar dat is niet hoe zulke dingen gaan. Anderen moeten het naar hen brengen. Er moeten mensen worden uitgezonden. Mensen die toegewijd zijn, die bereid zijn alles te verlaten wat bekend is. Vuurmakers moeten hun leven geven, zoals Christus deed.” 

Hij wachtte en sprak toen woorden die nieuwe hoop gaven in mijn ziel. “Ga terug en maak je vrienden wakker. Jullie zijn vuurmakers. God zal met jullie gaan.”

Wordt jij ook een vuurmaker?

Ontdek de diverse bevolkingsgroepen die geen toegang hebben tot het Licht van het leven. Klik hier voor meer informatie over onze focus regio’s en ontdek wat jouw rol is in het brengen van Gods licht onder onbereikte moslimvolken.